top of page
Zoeken
  • Foto van schrijverEllen

VIETNAM

Lieve mensen, ik denk dat ik gezakt ben voor het examen Leven in Azië. In ieder geval heb ik keihard gefaald op de onderdelen ‘Markt’, ‘Pittig eten’, ‘Cultuur’ en ‘Karaoke’. En een mager zesje op de onderdelen ‘Sloten smakeloze groene thee drinken’ en ‘Met stokjes eten’. Al met al levert dat vermoedelijk geen voldoende op. Bof ik even dat dit examen niet echt bestaat!

Door de overload aan indrukken in de afgelopen week heb ik anderhalve seconde overwogen om deze blog als volgt vorm te geven: Ik schrijf mijn opstel over onze reis naar Vietnam. We hebben veel gemaakt. Dit was mijn opstel.

Maar dat zou natuurlijk zonde zijn van alle geweldige ervaringen en ontzettend grappige en gênante momenten die we hebben meegemaakt. Al weet ik werkelijk niet waar ik moet beginnen met schrijven.


Bij Nathalie en Tjong dan maar, onze respectievelijk Indonesische en Vietnamese reisleiders, die een ontzettend groot compliment verdienen voor de fantastische organisatie. Het valt namelijk echt niet mee om 35 volwassenen op een zesdaags schoolreisje een beetje op een gezellige manier in bedwang te houden.

En het schoolreisjesgehalte was hoog kan ik je zeggen. Wat een feestnummers zijn die Indonesiërs! Met als absoluut hoogtepunt een twee-en-een-half-uur durende karaokesessie in de bus. Startend om 9 uur ’s ochtends. Op maximaal volume.

Moet ik er nog bij vermelden dat er twee mensen in de bus zaten die het als een absoluut dieptepunt hebben ervaren?


De ritten in de bus waren sowieso niet de rustmomenten waarop ik had gehoopt. We werden iedere minuut vermaakt met verhalen, bingo en de al eerder genoemde karaoke. Overal waren prijsjes mee te verdienen (1 prijs was een pakje doeriankoekjes, IEUW!!). En net als bij de schoolexcursies van vroeger, werd er van allerlei lekkers gedeeld. Wat ons een heel onbeleefd gniffelmomentje opleverde. De groep bestond namelijk voornamelijk uit moslims, die geen varken mogen eten. Iedere ochtend voor het ontbijt kregen we foto’s in de groepsapp van alle gerechten van het ontbijtbuffet waar varken in zat en dus vermeden moesten worden. Maar in de snoepjes die rond gingen, zat 30% gelatine… oeps! Jan en ik keken elkaar aan: Gaan we dit melden? Of laten we ze gewoon genieten van hun snoepjes? We hadden geen idee waar we goed aan deden en hebben ervoor gekozen om niks te zeggen. Maar, boefjes als we zijn, maakten we bij iedere nieuwe ronde snoepjes wel een klein woordgrapje over varkens. In het Nederlands uiteraard.


De maaltijden waren fantastisch geregeld. Overal waar we kwamen stonden lange tafels gedekt voor onze groep en werden de schalen met eten direct neergezet als we er waren. Warm eten hoeft in Azië niet persé warm te zijn, dus ook al waren we te laat (wat 9 van de 10 keer zo was doordat we werkelijk overal 100.000 keer op foto moesten in diverse samenstellingen en poses. Een geliefde houding was de half geheven hand, die de groei van De Heus moet voorstellen, maar waar ik me heel ongemakkelijk bij voelde omdat het in mijn ogen meer weg heeft van een soort halve hitlergroet…) er was geen probleem. Tenminste niet voor ons gezelschap.

Wel voor mij, want ik ben namelijk echt een papieren zakdoek als het over pittig eten gaat. In Indonesië zorgt Rachel er deskundig voor dat de maaltijden mijn tere smaakpapillen niet beschadigen en in restaurants ga ik altijd voor save: Ik kies een westers gerecht. Maar ineens had ik geen keus meer. Er waren alleen de smaken heel pittig, nog pittiger of extra pittig (en tot mijn afgrijzen hadden de Indonesiërs hun eigen potjes sambal nog meegenomen, want die vonden het nog niet pittig genoeg!). Maar ja, verhongeren is ook zo wat, dus prikte ik heel voorzichtig een vorkje mee.

O nee, geen vorkje natuurlijk. Stokjes. En die dingen en ik zijn geen vrienden. Als kenner van de ontwikkelingsgebieden durf ik te beweren dat ik het over het algemeen best lekker doe wat betreft de fijne motoriek, maar eten met stokjes vind ik pure horror. Sushi naar binnen schuiven gaat nog wel, maar soep met doperwten en rijst ligt wat mij betreft in de zone van de frustratie. Ik kreeg op een gegeven moment zelfs speciale één-op-één instructie van een lieve Vietnamese vrouw die me zag worstelen met die stukken hout. Daarna ging het iets beter, maar ik zal zaterdag vol liefde de Indonesische vork en lepel weer omarmen!


Tijdens één van de maaltijden had ik trouwens nog een keer zo’n persoonlijk lesje Azië nodig, toen ik culturele doodzonde bleek te hebben begaan: Ik nodigde reisleidster Nathalie uit naast me te komen zitten tijdens het eten. Zonder dat ik het wist bracht ik die arme vrouw daarmee in een hartstikke lastig pakket: Ze wilde niet onbeleefd zijn door mijn verzoek af te wijzen, maar ze mocht als reisleidster ook niet aan onze tafel plaats nemen, dat zou beslist niet worden gewaardeerd door haar werkgever. Ze redde zich eruit door wat te gaan regelen en daarna was de plaats inmiddels ingenomen door iemand anders. Later legde ze me uit dat ze echt niet naast me mocht komen zitten aan tafel, al waardeerde ze de uitnodiging…

Poeh, er was een hoop te leren deze week. Op pad met een groep mensen van wie je de cultuur pas een beetje kent, naar een land dat je niet kent, is een geweldige ervaring, maar ook echt een uitdaging. Soms voelde ik me een soort volwassen peuter: de hele wereld was nieuw en ik moest maar hopen dat ik het allemaal een beetje snapte. De taalbarrière met de groep droeg natuurlijk bij aan dat gevoel. De meesten spraken een klein beetje Engels, ik een paar woorden Bahasa. Dat leverde gesprekken op in tweewoordszinnen en lichaamstaal, precies zoals peuters dat doen. En heel eerlijk: soms, als alles heel traag ging, had ik ook gewoon zin om me over te geven aan zo’n welbekende peuterdriftbui.


Niet gedaan natuurlijk, er was simpelweg teveel moois om van te genieten. Ik vul binnenkort mijn fotogalerij weer aan, maar ga natuurlijk wel kort vertellen wat we allemaal gezien hebben in Vietnam:

We startten op dinsdag met een bezoek aan het kantoor van De Heus (geweldig uitzicht op Ho Chi Minh City) en twee van de fabrieken.

Woensdagochtend was ingeruimd voor toeristische attracties:

Oorlogsmuseum (afschuwelijk!)

Indepence Palace (leuk, maar erg warm. Zelfs de Indonesiërs klaagden over de hitte)

Postoffice en Notre Dame Saigon (helemaal mijn smaak)

Na de lunch waarbij ik alligatorvlees heb gegeten (best een beetje trots op!) vertrokken naar de kust, in de buurt van Vung Tau, waar we overnachtten in een superluxe resort aan het strand. De Indonesiërs waren de volgende morgen allemaal bij het krieken van de dag op het strand en hebben daar urenlang gevolleybald en gezwommen. Wij werden pas net voor het ontbijt wakker. De groep begreep overduidelijk helemaal niets van ons lauwe enthousiasme voor het grote water en waarschijnlijk vonden ze ons verwende nesten. Dat zijn we ook, maar we waren ook gewoon een beetje moe...

Nadat we donderdag terug waren gereden naar Ho Chi Minh City (en onze gehoorgangen volledig gevoelloos geworden waren door de eerder genoemde karaoke) gingen we naar de Ben Thanh Market. Hier had ik ontzettend veel zin in, want bij het woord shoppen alleen al vormen mijn ogen zich automatisch tot hartjes. Maar wat viel me dat tegen! Niet vanwege het verplichte afdingen, ik had me erop ingesteld en dat lukte ook nog best wel aardig, maar vanwege alle opdringerigheid… Ik werd gek van alle mensen die me aanspraken en probeerden me hun kraampje in te lokken. Mijn keurige opvoeding (kijk iemand aan als hij tegen je praat en reageer te allen tijde beleefd) bleek ineens een enorme handicap. Want niet kijken en niet reageren werkte het beste (is Jan een kei in!), maar iedere keer als ik me dat voornam, verviel ik binnen een paar seconden weer in mijn oude patroon en zei vriendelijk ‘No, thanks, mister’, ‘No, madame’ en wat dies meer zij. Gelukkig kent Jan me al een beetje na bijna 30 jaar samen, zag die overprikkelde blik in mijn ogen en nam me mee naar een koffietentje in de buurt, om te voorkomen dat de eerder genoemde driftbui toch ineens zou losbarsten.

We sloten de donderdag af met een dinnercruise op de rivier Saigon. Met karaoke op maximaal volume uiteraard.


Vandaag is de groep naar allerlei bedrijven rond de stad en heb ik een dag genomen om alle indrukken te verwerken.

Terugkijkend denk ik het volgende te hebben geobserveerd (bij voorbaat excuus aan die miljoenen mensen die ik nu over één kam ga scheren):

Ho Chi Minh City is een ruimere, frissere en nettere stad dan Jakarta, al heb ik hier ook echt wel armoedige hutjes en kraampjes gespot.

Indonesiërs zijn toegankelijker dan Vietnamezen, en ook behulpzamer (ik ben hier een paar keer volledig genegeerd op het onbeleefde af, dat is me in Jakarta nog nooit overkomen)

En daar wilde ik het voor vandaag lekker bij laten. Ik pak een mooi boek en ga nog even van de rust genieten.






120 weergaven0 opmerkingen

Recente blogposts

Alles weergeven

Comments


bottom of page